FOTO ALBUM
Rigardus Rijnhout (Rotterdam, 21 april 1922 - Leiden, 13 april 1959) stond door zijn lengte van 2 meter en 38 centimeter[ bekend als de Reus van Rotterdam.
___________________________________________________________
Hij is de op een na langste man aller tijden in Nederland.[2] Rijnhout woog 230 kilo en had schoenmaat 62. Zijn buitengewone lengte werd veroorzaakt door een groeistoornis.[1]
Rijnhout overleed op 36-jarige leeftijd aan de hypofysetumor die de oorzaak was van zijn groeistoornis. Vier jaar daarvoor was hij door een ongeluk met zijn fiets invalide geraakt. De vriendelijke man werd in de Maasstad gezien als een fenomeen en had daardoor het nodige te verduren. Rustig over straat lopen was er meestal niet bij, en regelmatig werd hem gevraagd of 'het daarboven koud was'. Hij verdiende geld door zichzelf als wandelend reclamebord te verhuren. Na zijn ongeluk heeft hij nog een paar jaar bij de vertreksteiger van de Spido ansichtkaarten met een foto van zichzelf aan de man gebracht. Toen Rijnhouts gezondheid achteruit ging en hij opgenomen moest worden in het Academisch Ziekenhuis Leiden werd een hijskraan ingezet om hem vanaf de tweede etage naar beneden te takelen. Zijn vader sprak bij het graf van zijn zoon de volgende woorden: Spot en hoon waren vaak je deel, maar je haatte de mensen daarom niet, want je had een hart van goud.
In zijn geboortewijk het Oude Westen is het Rijnhoutplein naar de lange Rotterdammer vernoemd. De stichting 'De Reus van Rotterdam' heeft ervoor gezorgd dat er in 2011 door Herman Lamers een standbeeld op ware grootte van hem werd gemaakt. Het beeld van Rijnhout is geplaatst in het wijkpark van het Oude Westen.[3] De reus staat in een levensecht afgebeelde voor hem karakteristieke houding vlak bij het huis in de Gouvernestraat waar hij opgroeide en zijn leven lang woonde. The Amazing Stroopwafels en Sjoerd Pleijsier (Simon Stokvis) bezongen de Reus van Rotterdam in een gelijknamig nummer
Rotterdam Ontstaan en opkomst
Sinds de negende eeuw lag op de plaats van het huidige stadscentrum van Rotterdam de nederzetting Rotta. Deze werd in de twaalfde eeuw onbewoonbaar door overstromingen van de rivier Rotte. Omstreeks 1270 werd in de Rotte een dam gelegd op de plek waar de Hoogstraat de Rotte kruist. Hieraan ontleent Rotterdam zijn naam. Rond deze dam ontstond een nederzetting waar men in eerste instantie leefde van visserij. Al snel werd het ook een handelsplaats en ontstonden de eerste havens. Op 17 maart 1299 kreeg Rotterdam van graaf Jan I van Holland stadsrechten. In het verleden werd er algemeen van uitgegaan dat die nog datzelfde jaar, na de dood van Wolfert I van Borselen (de voogd van Jan I) en Jan I zelf, werden herroepen, maar die visie is niet meer algemeen gangbaar.[3] Hoe het ook zij, op 7 juni 1340 verleende graaf Willem IV van Holland (opnieuw) stadsrechten. In 1360 werd een stadsmuur gebouwd, nadat men daar in 1358 toestemming voor had gekregen van Albrecht van Beieren.
Jonker Frans van Brederode speelde tijdens de Hoekse en Kabeljauwse twisten tussen 1488 en 1490 voor Rotterdam een belangrijke rol. Door de oorlogen was de positie van Rotterdam als zijn uitvalsbasis in vergelijking met de omliggende steden enorm versterkt. Zo had het nabijgelegen Delft door hem vrijwel al zijn schepen verloren en Gouda de helft van de huizen. Dankzij jonker Frans werd Rotterdam definitief een stad van betekenis in Holland.
Tussen 1449 en 1525 bouwde men de laat-gotische Sint-Laurenskerk. In het middeleeuwse Rotterdam was dit het enige stenen gebouw. Het was een ambitieus project: Rotterdam bestond destijds uit ongeveer 1200 huizen.
In 1572 werd Rotterdam geplunderd door troepen van de stadhouder van de Spaanse koning, de Henegouwer Maximiliaan van Hénin-Liétard. In 1573 koos de stad de kant van de Nederlandse Opstand. De stad had toen ongeveer 10.000 inwoners. Aan het eind van de 16e eeuw liet Johan van Oldenbarnevelt, die van 1576 tot 1586 raadpensionaris van de stad was, de Rotterdamse haven verder uitbouwen, waarmee de grondslag werd gelegd voor de belangrijke plaats die deze stad zich in de zeehandel zou verwerven. Bij de volkstelling van 1622 was het aantal inwoners gegroeid tot ongeveer 20.000. Tegen het eind van de 17e eeuw zouden het er zelfs 50.000 zijn.
Desondanks breidde de stad zich niet uit buiten zijn wallen en singels. De min of meer driehoekige ruimte tussen Coolsingel, Goudsesingel en de Nieuwe Maas bedroeg niet meer dan 140 hectare, dus de stad raakte overbevolkt. Pas na 1825 zou zij zich buiten deze enge grenzen gaan uitbreiden.
Witte schotel U.S.A. BICENTENNIAL TOWN OF ROTTERDAM, N.Y. 1776-1976 met in zwart wapen en stadsgezichten
In 1661 stichtten landverhuizers onder leiding van Arant Van Curler, die vanuit Rotterdam vertrokken waren, de stad Rotterdam in Schenectady County in de staat New York in de Verenigde Staten van Amerika. In 1942 nam zij het wapen over van het oorspronkelijke Rotterdam, samen met het motto 'Sterker door strijd'.
Van de 17e tot de 19e eeuw voeren vele Nederlandse schepen met slaven van Afrika naar Suriname en de Nederlandse Antillen, waar deze werden geruild voor goederen die onder meer naar Rotterdam werden verscheept.[4] In deze trans-Atlantische slavenhandel speelde